met de

batavieren

mee

Het is lente. De zon straalt haar warme licht door de ramen. De camper heeft zijn eerste missie in 2017 uitgevoerd. 

We hebben het rivierengebied onveilig gemaakt. Behalve prachtige landschappen, hebben we veel historie en cultuur aan ons voorbij zien trekken.


Routeboek camperreis Rivierenland
PDF – 2,7 MB 595 downloads

Donderdag 27 april

We rijden. De miezerregen slaat tegen het voorraam, vergezelt van enige hagelkorrels. De drie wissers functioneren prima en daardoor blijft het uitzicht goed.

Jan en Rita volgen.

Samen gaan we het rivierenland verkennen. Het zal iets compacter moeten dan aanvankelijk gedacht. Het leven kun je niet plannen. Ook goede en geliefde mensen kun je niet altijd vasthouden.

Verzetsstrijder Han Stijkel biedt ons de mogelijkheid van een lunchstop.

Bij het vervolgen van de snelwegroute zien we grimmige windmolengiganten het eens zo fraaie uitzicht op het IJsselmeer verknallen. Het wiekenrad staat op deze rustige dag nagenoeg stil.

We naderen de Diefdijk.

De doormidden gezaagde bunker zullen we echter niet gaan beleven. Uitgerekend vandaag heeft het gemeentebestuur de historische dijk afgesloten voor onderhoud.

 

In Leerdam vinden we een prachtige parkeerplaats bij de jachthaven, compleet met wifi en gezellige pratende buren. We struinen naar de binnenstad om te ervaren hoe de Leerdammer Koningsdag verwerkt. Een discjockey staat half boven zijn rijdende discobus verheven en probeert de sfeer er in te houden. Een klein groepje stevig in hun jas gestoken feestgangers drinken bier en deinen voorzichtig mee op het hoge ritme.

De rommelmarkt is verlopen. We bewonderen de restanten. Etenswaar is volop te krijgen maar de gedateerde goederen zijn alweer opgeborgen. De zon probeert het geheel feestelijk uit te lichten maar de lage temperatuur werkt haar tegen.

Vrijdag 28 april

Een mevrouw glipt door de dienstingang.

Het zet ons aan het denken. Het betekent een veel kortere route van nog geen 50 meter. We wagen het erop. Met een paar stappen staan we voor de entree. Het glasblazen kan beginnen.

Veel geblazen glasproducten glimmen vanaf hun aanprijsplaats. Het is bij sommige best lastig om er iets in te herkennen. Bij andere is vrijwel direct duidelijk wat het voorstelt. Een kunstig gemaakt danspaartje, een schaal en een vaas. Wat opvalt zijn de kleurenpatronen. De kleur loopt schitterend over van de ene tint naar de andere.

Het maakt het glaswerk chique. Ook al zou je dat er niet vanaf zien dan is het wel de prijs die je de goede richting opdrijft. Daarom blijft een prachtig gemaakte druppel met een kleurenpracht in het hart in de etalage en niet in Hanna haar tas.

 

We lopen de werkplaats binnen voor 8 euro per persoon. 

Een tribune geeft aan dat er op publiek wordt gerekend. De hitte van de ovens is voelbaar. Vier glasblazers lopen zich warm.

Vol bewondering ziet de langzaam groeiende toeschouwersschare hoe de blazers het 1500 graden hete glaslava in allerlei vormen drukken en blazen. Het zijn vage vormen die langzaam van de blaaspijp druipen. Niet verbazend omdat de uitvoerders kunstenaars worden genoemd door de speakster.

We vertrekken.

 

Rivierenland gaat nu echt beginnen. Een veerpont zet ons over de Waal. Het tussenland is prachtig. We rijden over een hoge dijk en zien de Bergsche Maas om ons heen meanderen. Fraaie dijkhuisjes zouden hetzelfde kunnen zien als ze aan de andere kant waren opgetrokken.

Al slingerend bereiken we opnieuw een veerpont. Ruimte is nu maar krapjes maar twee campers past net.

Via een ruime omweg komen we tegen de avond aan in Zaltbommel.

Zaterdag 29 april

Het spookt in Zaltbommel. We zijn op de hoogte en gaan ’s ochtends op nader onderzoek. Voorzichtig naderen we de hoofdstraat. Niet lang na het arriveren, spotten we de eerste griezel. Onderuit gezakt hangt het wezen achteloos achterover in een dakgoot. Het maakt ons niet bang. Het creatuur komt voort uit het brein van de kunstenaar Joris Baudoin. In diverse goten door de stad zijn ze te vinden. Ze vertellen iets over de historie van het pand of van een van de bewoners. Ons gespot spook stelt een uil voor met een boek. De bewoner zal ongetwijfeld een wijs man zijn geweest.

Verder in de hoofdstraat zien we nog enkele exemplaren.

We lopen naar de Waal.

Geweldig, wat een imposant water. Vele vrachtschepen ploeteren zich een koers over het brede water. De zon en de voorjaarsbloeiers geven het geheel nog extra cachet.

We verplaatsen de camper naar Neerijnen. Pal voor het kasteel waar nu het gemeentebestuur 

zitting in heeft genomen. Een bijzondere gele kerk met veel toerentjes en fraai bewerkte ramen staat aan de overzijde.

De fietsen komen uit de garage.

Al doortrappend zien we de Betuwe op haar mooist. Bloeiende fruitbomen 

geven een hint op hun latere vrucht. Leuke fietspaden dwars door de natuur stellen ons in de gelegenheid de omgeving van een unieke kant te bekijken.

We passeren een molen aan een meertje. Roodbonte koeien staren ons aan. Broedende zwanen en ooievaars laten zich niet verstoren. We steken een boogbruggetje over en komen over onverharde paden.

Dan beklimmen we de Waaldijk. Vervolgens blijven we 15 kilometer lang over de winterdijk fietsen. Schitterende woningen in stijl opgetrokken met rieten dak zien we op de droge zijde staan. Idyllische dorpen met prachtige namen blijven roerloos liggen tijdens onze passage.

Hanna geeft aan dat bepaalde lichaamsdelen haar zeggen dat ze beter de korte route kan kiezen. Zo blijft een deel van de omloop voor ons een mysterie.

 

In de namiddag parkeren we de bus in Geldermalsen. Voor de jachthaven blijkt het opkomende campersgilde een interessante bron van inkomsten. Formeel hebben ze plaats voor vijf maar oogluikend laten ze vijftien woonwagens toe voor 13,50 per voertuig.

Zondag 30 april

Wakker worden in een jachthaven is verwarrend. Even waan je je op een boot. Een indrukwekkend schip van 18 meter verlaat de haven. Boze roeiers melden zich bij ons. Ze kunnen niet bij hun boot omdat er een camper in de weg staat. De havenmeester bemiddelt.

Met vereende kracht wordt het roeibootje rechtop gezet. De vrede is weer getekend. Na de tewaterlating scheert het tweetal sierlijk weg terwijl het water vriendelijk tegen de kade klotst.

Ons vertrek gaat soepel.

Bij het passeren van Buren bedenken we dat we deze plaats een volgende keer zeker moeten bezoeken. Een stadsmuur getuigt van een lange geschiedenis. De vele bezoekers geven aan dat het er goed toeven is.

We stoppen bij huize Zoelen. Na een korte wandeling door het bos staan we oog in oog met het klassieke bouwwerk. Het huis staat op een eiland en is via een poort en een brug bereikbaar. Het is een statig pand uit de 18e eeuw. Via een bospad lopen we om het landhuis. Binnen komen we niet want het pand heeft nog vaste bewoners.

 Opnieuw kruisen we met de Waal. Het hoofdprogramma voor vandaag zijn de tuinen van Appeltern. Meer dan 200 modeltuinen zijn aangelegd om de bezoeker te inspireren. We zien totaal uiteenlopende tuinen compleet met tuinmeubels en tuinhuis. Van volledig ommuurde tuinen tot een stadstuin van enkele vierkante meters.

 Via een wirwar van looppaden worstelen we ons langs de mogelijkheden. Zo staan we in de wilde weelde om ons even later terug te vinden in de tuin der lusten waar we oog in oog staan met Eva die verleidelijk een appel aanbiedt.

Via Chinese en Japanse creaties komen we uiteindelijk weer bij de uitgang waar een verkoopparadijs is ingericht om de bezoeker te bewerken om deze een volledige tuinbeplanting te laten aanschaffen. Wij komen er zonder kleerscheuren door.

Onze camper parkeren we op een camperplaats met grote visvijvers. Heerlijk in de zon vanuit een luie stoel zien we hoe de hengelaars een stevige karper aan de haak slaan om het beest daarna weer zijn vrijheid terug te geven. Wel laten ze zich fotograferen terwijl ze hun buit torsen.

Een goedkoop en goed visrestaurant bespaart ons het bereiden van een avondmaal.

Maandag 1 mei

We arriveren.

Het ziet er goed uit. Het terrein is sterk heuvelachtig maar dat mag in Limburg niet verrassen. Het clubgebouw straalt professionaliteit uit. Zo zien wij het graag want dat betekent dat de hele baan er uitstekend bij ligt. Zelfs het weer belooft zijn medewerking. De ergste druilerigheid lijkt over en een vaal zonnetje meldt zich van achter de wolken. Terwijl Hanna zich in gepaste kleding hijst, ga ik het complex wat nader beschouwen.

‘Maandag gesloten’

Het dringt langzaam tot me door. Geen strijd vandaag om de familiebokaal. De Pitch&Putt-baan van Molenhoek is gewoon gesloten.

 

De rit er naar toe was geweldig geweest. Op de winterdijk al kronkelend langs de Maas. Het passeren van het dorpje Batenburg was een beleving. Na de idyllische hoofdstraat met knotwilgen en historische bebouwing reden we een mysterieuze ruïne voorbij.

 

Even is er nog twijfel. Langzaam loop ik richting de info-borden. De duidelijke teksten bieden uitkomst. Wandelroute ‘landgoed’ van 5 kilometer ligt uitdagend voor ons. Met z’n vieren lopen we het bospad op. We zijn er klaar voor. Met het juiste schoeisel en humeur bestijgen we de Sint Jansberg.

Het vrolijke gezang van de vogels overstemt de enkele regendruppel die naar beneden valt. Het wordt menens. Het pad loopt omhoog. Met lichte jeuk in de kuiten overwinnen we de eerste heuvel. Een prachtige omgeving is de beloning. Bosvennen met glad water weerspiegelen de beuken met een voorzichtige ontspruitende voorjaars-uitloop.

We zetten door en volgen trouw de blauwe pijlen. Het pad blijft stijgen, het bos geurt en heuvels en dalen vormen ons zij-aanzicht. Dat komt het moment van euforie. We staan op de top. Geen schitterend panorama van het Limburgse land want ook hierboven groeien bomen. Wel een vergane moestuin van enkele eeuwen terug en een ijshut die, nadat hij zijn functie had verloren, onderdak biedt aan vleermuizen. Dan volgt de onvermijdelijke afdaling. We volgen een tijdlang een mee-ruisend watertje. Steken een brug over en dalen een natuurtrap af. Hanna ziet onderweg natuurbrokken die goed gaan passen in haar bloemencreaties en besluit deze mee te torsen.

Dinsdag 2 mei

Geheel in lijn met de jaarperiode zijn wij vandaag bezig met oorlog en vrede. Al wandelend over het grote terrein komen we langs een Sherman-tank. Dit exemplaar is onbemand en de veronderstelling kan worden gedaan dat het ding niet meer van z’n plaats komt. Het dient slechts als markering van het oorlogsmuseum van Overloon. Na de afdracht van een pittige € 15,-- per persoon kunnen we het nagebootste strijdtoneel betreden.

 

Plotsklaps zijn we in de bezettingstijd. We horen toespraken van Seys-Inqart. We worden geconfronteerd met collaborerende landgenoten. We staan oog in oog met verzetsmensen. We zien hun slimme vindingen. Een radio weggewerkt in een dik boek. Een kinderwagen met dubbele bodem waar in 

het geheim wapens mee konden worden gesmokkeld. Het gereedschapskoffertje van de documentenvervalser.

We beleven de lotgevallen van de dwangarbeiders.  Met afschuw horen we opnieuw over de verschrikkingen van de Jodenvervolging. De wrede onderdrukk ingsterreur van de bezetter krijgt door het getoonde een gezicht. Martelwerktuigen om bekentenissen af te dwingen wekken nu nog huiver op.

 

In een volgende zaal komt aan de wreedheid een einde. Een nagemaakt strand laat de landingsvoertuigen van de geallieerden zien. Talloze gebruikte voertuigen voor de opmars van de bevrijders staan uitgestald. Een bommenwerper hangt aan het plafond. Zware tanks, kanonnen en artillerie-

geschut die de infanteristen tot hun beschikking hadden, geven aan dat het een harde strijd is geweest.

Ook de achterhoede wordt niet vergeten. We zien een veldkeuken in vol ornaat. De rijdende werkplaats die van het vastgelopen en/of kapotgeschoten materiaal weer iets bruikbaars moest maken, staat in een hoek onder een groot camouflagenet. Hoe logistiek de strijders steeds weer van verse munitie en benzine werden voorzien, wordt weergegeven door zware vrachtwagens. Deze staan met hun indrukwekkende bandenformaat aan het eind van de oorlog.

Beduusd stappen we weer naar buiten.

Om aan te tonen dat de tijden zijn veranderd in eenheid en vrede rijden we zonder obstakels naar het land van onze Oosterburen. In Nettetal vinden we een plaats voor de nacht. In een prachtige omgeving met meertjes welke zijn omgord door lentegroene bossen.

Woensdag 3 mei

We volgen de groene palen.

Een verscholen burcht loert door dichte bebossing naar ons. Dichterbij kunnen we niet komen. ‘Privat’. Het harde asfalt maakt plaats voor een grindpad. Het uitzicht blijft hetzelfde, dichte bossen. Dan verschijnen op een weitje een aantal paarden. Ze hebben geen oog voor ons.

We worden naar een aardig vennetje gelokt. Duizenden dikkopjes hebben zwemles zonder instructeur. Vanachter de balustrade zien we over het veld een aantal liggende koeien hun eerder naar binnen geschrokte gras smakelijk herkauwen met een aangenaam zonnetje als getuige.

 

We dwalen verder. Een stevig stromende beek gaat rakelings langs een oud huisje. Ooit heeft het de functie van molen gehad volgens het opschrift. We lopen door een lange laan waar het zonlicht nu nog door het bomenlover kan komen. De groene palen brengen ons weer bij het beginpunt.

 

Opnieuw passeren we de Rijn.

Dan denderen we Duisburg binnen. Industriestad zonder weerga. Tijdens vervlogen roemruchte jaren werd hier massaal staal geproduceerd. Maar nieuwe technologieën maakten oude installaties overbodig.

Afbreken is duur.

Zo slenteren we door vergane glorie. Er is een prachtig openlucht museum ontstaan, geheel vrij toegankelijk voor iedere nieuwsgierige. Enorme ijzermassa’s bewijzen Duitslands grote ijver. Zware industrie laat zich nu als landschapspark bewonderen. Ik beklim een voormalige hoogoven. Hoog is het zeker. Het levert een prachtig uitzicht op over het park. In gedachten zie ik honderden werknemers op de werkvloer, druk bezig met hun taken. Het kokendhete vloeibare ijzer wordt met veel kabaal in de gewenste vormen gedwongen. Locomotieven trekken overladen wagons over de rails op weg naar de volgende fabriek.

Het is weer vele treden naar beneden. Hier en daar wandelen andere geïnteresseerden.

 

Maar het mooiste moet nog komen. Wanneer de zon ondergaat, wordt het overdadige industriecomplex in de schijnwerpers gezet. Lichtarchitecten hebben nagedacht over de richting van de spotlights en de toegepaste kleuren. Een waar kleurenspektakel komt iedere avond tot leven en verdient grote bewondering.

Donderdag 4 mei

We bezoeken Xanten.

Over een groen pad naderen we de stadsmuur. Hanna vindt bij de vermorzelde boomwortels nog enige decoratieve stukken. De molenaar heeft het druk en probeert de kop in de wind te houden. Gezien het klappen van de wieken gaat hem het goed af. Toch vragen Jan en ik ons af of hij het kaf van het koren aan het scheiden is.

Dan staan we voor de poort. Binnendringen gaat vrij gemakkelijk omdat iedereen hier welkom is. We zien een oude waterpomp uit 1650 waar het huidige stadsbestuur een grappige beeldencompositie bij heeft laten plaatsen. Een grote domkerk trekt alle aandacht naar zich toe. Nadat we over het oude marktplein met een

warenmarkt zijn geslenterd, lopen we het grote kerkgebouw binnen. Het indrukwekkende interieur verrast niet meer.

Ternauwernood ontsnappen we aan een verkeersboete. We staan op een ‘pkw’-plaats geparkeerd. De ijverige parkeerwacht vindt de campers daar niet op lijken en heeft haar gereedschap al in de hand als ze ziet dat ik al achter het stuur zit: ‘Sofort wegfahren’.

 

Weer gaan we de Rijn over.

Voorzichtig lopen we in het Biotopwildpark Anholter Schweiz nadat we voor € 13,-- hadden geregeld dat we beiden naar binnen mogen. Jan en Rita hebben dezelfde deal. Op een hele grote oppervlakte zijn

hier tal van dieren gehuisvest. In het begin is het van het niveau kinderboerderij met herten, geiten en konijnen. Dieper in het park is het opletten geblazen. Er zit hier een hele berenkolonie. Van de kleine wasbeer tot de grote bruine beer. Voor de variatie huist er zelfs een zwarte beer.

Een bebloede wolvenroedel krijgt 

ons in de gaten en komt gevaarlijk dichterbij. We vertrouwen op het gaaswerk. In een poel ontdekt Jan een visotter. De otter ontdekt ons ook en komt nieuwsgierig naar de kant. Op z’n achterpootjes staande probeert hij indruk te maken.

Tegen de avond meldt zich een verontwaardigde parkwachter bij de camper. We hebben ons niet aangemeld, is de klacht. Tegen betaling van vijf euro kunnen we alsnog op het prachtige parkeerterrein midden in de bossen blijven staan.

Vrijdag 5 mei

Het land is veilig. Als de tuk-tuk chauffeur zich voor de tweede maal met zijn bijzonder voertuig bij de parkeerplaats meldt, zwaaien wij hem toe dat we mee willen. Even staan de haren recht overeind als we over een rammelend vee-rooster rijden. Als halverwege ook nog twee gelukzoekers worden opgepikt zit zijn kar aan de taks.

De film wordt gestart en wij zien in 8 minuten de opkomst en ondergang van Fort Pannerden. Daarna worden we overgeleverd aan de rondleider. Deze laat ons alle bijzonderheden van de ‘molshoop’ nabij

de splitsing van Rijn en Waal zien. Veel beton en metselwerk. Indringers van weleer hadden geen schijn van kans. Twee enorme kanonnen schoten zeven kilometer ver. Een bijzonder knap nagemaakte replica laat ons de impact van een kanonschot beleven. De kanonnier is in stijl gekleed en zeer spraakzaam over zijn wapen.

 

Een fantastische ervaring is het om bovenop het fort te mogen staan. De aanstromende Rijn splijt in het Pannerdens kanaal en de Waal. Vele vrachtschepen bewegen zich over de rivieren, een enorme watersnor voortduwend. Uiterwaarden, kerktorens en rokende fabriekspijpen completeren het beeld.

Nadat we het inpandige restaurant van een goede lunch hebben beroofd, zijn we om het fort gelopen. Een diepe gracht maakt het vijandige bestormers onmogelijk de vaderlandse manschappen te

verrassen. Een serie kazematten beveiligen op hun beurt het fort. In zijn tweehonderdjarig bestaan als landsverdediger heeft het welgeteld één dag zijn kracht mogen bewijzen: 10 mei 1940. Maar omdat de veroveraars met vliegtuigen kwamen, bleek het stoere verdedigingswerk nutteloos.

We rijden twee kilometer verder.

Opnieuw staan we oog in oog met een onoverwinnelijk historisch bouwwerk: kasteel Doornenburg. Dit is het enige kasteel in ons land met een authentieke voorburcht. Het ommuurde plein bevat een degelijke toegangspoort en een serie woningen met boerderij. De kasteelheer woonde een brug verder in een compact maar hoog en degelijk opgetrokken burcht met kantelen en torens. Tijdens de omloop schieten wij foto’s. Er is niet terug geschoten.

Zaterdag 6 mei

Ontwaken in de nabijheid van een kasteel is bijzonder. Wij voelen ons graaf en gravin. Dit gevoel delen wij met half Doornenburg. De inwoners lopen al vroeg met hond of in sportkleding rond het kasteel. Vanuit de hoge torenkamer waakt de geest van de heren van Doornenburg over het domein. Langzaam wordt het dag.

 

We rijden over de dijk van de Linge. Weer prachtig slingerend. Even glimt de Waal in de rechter spiegel. Boomgaarden en fraaie boerderijtjes  liggen tevreden achter de dijk.

Vandaag is de rit naar huis. Vanaf Arnhem loopt de route over snelwegen. Dan gaat het vlot. We passeren diverse provinciegrenzen en in het begin van de middag rijden we weer het eigen erf op.

De voorjaarsrit is anders verlopen dan gepland. Na een bedroefde tijd was het goed om los te komen van de sleur.

De reis door rivierenland heeft gebracht wat we verwachten. Bloeiende boomgaarden, brede rivieren, vrachtschepen op weg naar de volgende haven. Gezellige steden en dorpen. De drukte van de grote stad in het Roergebied. De rust van de bossen bij Anholt.

Tevreden sluiten we de camper af. Heerlijk om de mogelijkheid te hebben om met een reiswagen op stap te kunnen om zo hele gebieden te kunnen verkennen. Bij iedere thuiskomst ben je weer rijker geworden.